Ingrediënten

• 275 gram rauwe gepelde garnalen
• 400 gram witvis
• 400 gram minikrieltjes
• 1 blik tomatenblokjes
• 1 blik kikkererwten
• 1 ui
• 2 teentjes knoflook
• 1 tl gerookte paprikapoeder
• ½ tl cayennepeper
• 15 gram platte peterselie
• 1 citroen
• 1 visbouillonblokje
• 3 el olijfolie
• extra vergine olijfolie
• versgemalen zeezout en zwarte peper
• vers stokbrood

Bereiding

Spoel de kikkererwten af in een vergiet en laat ze uitlekken. Snipper de ui en hak de knoflook en peterselie heel fijn. Rasp de schil van de citroen, eerst schoonboenen, en pers dan het sap van de citroen vervolgens uit. 

Verhit 2 lepels olie op matig vuur in een hapjespan. Voeg de krieltjes en de ui toe, doe de deksel op de pan en laat circa 5 minuten doorbakken tot de ui zachtgegaard is. Voeg de rest van de olie, de knoflook, de paprikapoeder en de cayennepeper toe en bak al omscheppend 2 minuten mee. 

Schenk het citroensap erbij en laat dit kort even bakken. Voeg de tomatenblokjes, een half blik water en het bouillonblokje toe en breng de saus op smaak met peper en zout. Laat het geheel met de deksel op de pan 15 tot 20 minuten zachtjes sudderen tot de krieltjes gaar zijn.

Schep de garnalen en kikkererwten erdoor en leg de witvis in grove stukken erop. Verlaag het vuur en laat het visstoofpotje ongeveer 8 minuten zachtjes koken. Draai voorzichtig de witvis om, maar let op dat deze niet teveel uit elkaar breekt. Voeg peper en zout toe naar smaak. 

Serveer het visstoofpotje met de peterselie, citroenrasp, een beetje extra vergine olijfolie en vers knapperig brood.