Begin met het schoonmaken van de asperges. Snijd de houterige onderkant eraf en schil de asperges met een dunschiller (alleen de stengel, niet het kopje). Gooi de schillen niet weg.
Kook zowel de asperges als de schillen in 15 minuten in de groentebouillon. De schillen worden toegevoegd aangezien deze nog meer smaak afgeven voor de risotto. Haal de asperges na het kwartier uit het gekookte water en houd even apart.
Snipper de ui en fruit deze aan in wat olijfolie in een grote koekenpan of braadpan. Voeg na vijf minuten de risottorijst toe en bak dit twee minuten mee tot de rijst glazig ziet. Schenk de wijn erbij en laat het verdampen.
Voeg schep voor schep de bouillon toe. Doe er pas een nieuwe schep bij, als de risottorijst de bouillon heeft opgenomen. Blijf intussen goed roeren. Het duurt ongeveer 20 minuten tot de risotto gaar is.
Maak met de dunschiller dunne linten van twee gekookte asperges. Deze gebruik je voor de garnering.
Snijd de rest van de asperges in zes kleine stukken. Voeg de aspergestukjes toe aan de risotto wanneer deze gaar is en zet het vuur uit. Voeg de boter toe samen met de taleggio. Laat een paar minuten staan.
Roer de risotto nog een keer door elkaar en verdeel over vier borden. Maak af met een paar linten asperge en wat zwarte peper.